Datum
Deze cursus vindt plaats op:
17 maart 2026
Tijd: 14.30 – 15.30 uur
Doelgroep
Deze opleiding is bedoeld voor strafrecht professionals, waaronder:
• Advocaten
• Officieren van justitie
• Parketsecretarissen
• Rechters
• Rechters-commissarissen
• Juristen werkzaam bij de overheid (die te maken hebben met strafrecht of strafrechtstoepassing)
• Medewerkers van opsporingsdiensten (zoals FIOD, Politie, KMar, NVWA-IOD)
• Medewerkers van de Belastingdienst
• Medewerkers werkzaam bij de reclassering / slachtofferhulp / het CJIB / de DJI / het NFI / Dienst Justis
• Compliance officers
Wijze van deelname
Deze opleiding wordt in principe fysiek gehouden op onze cursuslocatie:
Koninginnegracht 60 te
Den Haag.
Daarnaast kan ook digitaal live worden deelgenomen aan de bijeenkomsten én worden deze ook opgenomen, zodat ze door alle deelnemers ook kunnen worden teruggekeken tot een jaar na dato.
Kosten
EUR 95,- excl. 21% BTW
Voordelen
• Experts delen hun kennis
• Concreet en toepasbaar
• Theorie gekoppeld aan de praktijk
• Netwerken en kennisuitwisseling onderling
PO-punten: 1
Voor deelname aan deze cursus kunnen 1 PO-punt worden behaald.
Er komt een nieuw Wetboek van Strafvordering aan! Met verschillende cursussen maken we professionals wegwijs in de wijzigingen die dit nieuwe wetboek met zich brengt en de impact voor hun werk. Het doel van is een zo volledig mogelijk beeld te schetsen van de nieuwe regelingen, de wijze waarop de veranderde onderdelen van het strafproces op elkaar ingrijpen en deze informatie panklaar aan deelnemers aan te leveren. Hiertoe maken de docenten, experts in het strafprocesrecht, gebruik van uitgebreide hand-outs. We bieden een gehele leergang aan, waarbij de verschillende bijeenkomsten ook los zijn te volgen.
Wat kunt u verwachten?
Deze cursus behandelt de vernieuwde regeling voor schadevergoeding na vrijspraak of ander strafvorderlijk optreden in het nieuwe Wetboek van Strafvordering (Boek 6, Hoofdstuk 6). De nieuwe regeling is ruimer en toegankelijker: schadevergoeding is mogelijk na zowel rechtmatig als onrechtmatig strafvorderlijk optreden. Behandeld worden de voorwaarden, procedure, toetsingscriteria en termijnen, evenals de rol van de schadeveroorzakende instantie en de mogelijkheid tot hoger beroep. Ook komt de vergoeding van proceskosten, raadsman, en derden aan bod. De regeling vervangt grotendeels het huidige versnipperde systeem en creëert één uniforme grondslag voor schadeverhaal
Er wordt niet alleen aandacht besteed aan alle wijzigingen, maar dit wordt gedaan vanuit de perspectieven van alle betrokken procesdeelnemers. Aan bod komen toekomstige rollen, verantwoordelijkheden en nieuwe werkwijzen. De cursussen zijn praktisch ingestoken: de praktische veranderingen en uitdagingen voor de strafrechtpraktijk voor de betrokken procesdeelnemers en organisaties worden gehandeld.
Er is voldoende ruimte zijn voor het stellen van vragen, het voorleggen van casussen en discussie met de docenten en mede deelnemers.
Timing
Het omvangrijke wetgevingstraject Modernisering van het Wetboek van Strafvordering is een nieuwe fase ingegaan. Op 1 april 2025 heeft de Tweede Kamer het voorstel aangenomen. Hiermee is een belangrijke stap gezet in de richting van een nieuw wetboek, dat veel en vergaande implicaties zal hebben voor de strafrechtspraktijk.
Vanwege de grote veranderingen die het nieuwe wetboek met zich zal brengen, is een tijdige en gedegen voorbereiding op de inwerkingtreding van groot belang. Door de uitvoerige voorbereiding en consultatie is op dit moment al in belangrijke mate inzichtelijk welke (grote) wijzigingen eraan komen.
Programma
1. Inleiding & systematiek
Doel en opzet van Boek 6, Hoofdstuk 6
Uniformering en verbreding van de regeling
Wat valt er onder “schade door strafvorderlijk optreden”?
Belangrijke verschuiving t.o.v. huidige art. 533 e.v. Sv
2. Schadevergoeding bij onrechtmatig optreden
Toetsingskader en criteria (art. 6.6.4)
Aansluiting bij civielrechtelijke onrechtmatigheidsleer (6:162 BW)
Vormen van onrechtmatig optreden (vanaf aanvang vs. achteraf)
Voorbeelden en casus (ontbreken redelijk vermoeden, gebleken onschuld)
3. Schadevergoeding bij rechtmatig optreden
Hoofdregel: géén vergoeding bij rechtmatig optreden
Uitzondering: gronden van billijkheid (art. 6.6.5)
Factoren die meewegen: aard, omvang, voorzienbaarheid, hoedanigheid
Situaties bij vrijspraak, sepot of overschrijding strafmaat
4. Procedurele aspecten
Indienen bij schadeveroorzakende instantie (art. 6.6.7)
Doorzendplicht en coördinatie door OM
Termijnen: beslissing binnen 3 maanden + eventuele verlenging
Toegang tot rechter (art. 6.6.8) en hoger beroep (6.6.9)
Relatie met processuele sancties: voorkomen van dubbele compensatie
5. Vergoeding van kosten en overige bepalingen
Proceskosten, kosten raadsman, reis- en verblijfkosten (art. 6.6.11–6.6.13)
Derden: kosten bij bevel tot medewerking aan gegevensverstrekking of ontsleuteling
Deskundigenkosten (art. 6.6.14)
Verhouding tot huidige praktijk: wat verdwijnt, wat blijft?
6. Casus en discussie
Praktijkvoorbeelden bij vrijspraak en ten onrechte voorarrest
Herkenbare dilemma’s: sepot vs. vrijspraak, verjaring, bewijsproblemen
Vraag- en antwoordronde + suggesties voor implementatie in de praktijk
Docent
Chana Grijsen, Coördinerend jurist bij de Nationale Politie